DE SCHUTHOFS -1-
Van
de Schuthofs is relatief vrij veel bekend. Dat komt niet alleen omdat de naam
vrij veel in het noorden voorkomt, dus doordat er veel Schuthofs zouden zijn,
maar omdat een paar nazaten van deze familie, net als zovelen onder ons, in de
pen zijn geklommen en hebben gewroet in familiegegevens om een stamboom op te
gaan zetten. Zelf heb ik ook veel terug kunnen vinden in het Groninger
Archief en op Graftombe.nl. Niet in de
laatste plaats speelt het boek Die Familien der Kirchengemeinde Wymeer, 1713-1900, een belangrijke rol bij de
achtergronden over de Schuthofs. Daarin komen we de oergrootvader van de
Schuthofs tegen: Uuldrik Jans, die op dat moment er nog geen weet van heeft dat
zijn nakomelingen de naam Schuthof zullen dragen. (Je kunt de beschrijvingen
van de afbeeldingen lezen, door met de muis op het plaatje te gaan staan).
Net
zoals onze Vrouwke Janssen, onze overgrootmoeder, uit Wymeer afkomstig is, zo
komt ook Uuldrik Jans daar vandaan. In het boven aangehaalde boek wordt hij zo
rond 1754 geboren. Nog verder terug in de tijd ben ik bij de Schuthofs (nog)
niet gekomen en ik vrees dat daarvoor ook geen mogelijkheden zijn. Uuldrik Jans
huwt Trijntje Beerends die zo rond 1758 geboren zal zijn. Hun huwelijk schenkt
aan een zestal kinderen het levenslicht. De meisjes Fijke, Janna, Foske en
Leena krijgen een patroniem mee. Bij de eerste twee wordt dat Uuldriks en de
beide andere dames krijgen net als hun vader, Jans achter hun naam net hun
broer Geert. Bij de tweede zoon loopt het allemaal wat anders.
Hij wordt geboren op 23 november 1786 te Scheemda als Jan Uuldriks Schuthof, waar hij op 4 oktober 1806 Hennechijn Derks van der Schuur huwt die op 29 september 1788 in Midwolda wordt geboren. Waar de naam Schuthof vandaan komt, blijft vooralsnog onduidelijk. Wel is het bekend dat het hier om een zogenaamde adresnaam gaat. Jan staat te boek als boerenarbeider (1) . Jan krijgt het er maar druk mee, want hij verwekt bij Hennechijn, die ook wel Hemmechien wordt genoemd 6 dochters en 5 zoons. De dochters zijn Reintje Jans, Trientje Jans, Feike, Klaasje, Janna en Hemmechien en de broers Uildrik Jans, Jan, Derk Jans, Robert Jans en Hendrik Jans. Onze aandacht gaat vooral uit naar zoon Hendrik Jans Schuthof die geboren wordt op 4 aug. 1814 (1) . Hij wordt voor die tijd vrij oud, namelijk 81 jaar en huwt op 11 sept. 1841 Renske Pauwels (Kluis) de Jonge, vischverkoopster (zo staat het in de archieven) te Termunten. Haar vader, Paul Pauls de Jonge is (hoe kan het anders) visscher te Termunten, terwijl haar moeder, Trijntje Hindriks Kuigel, vischverkoopster aldaar is (1) . Dit echtpaar doet het iets kalmer aan en laat twee jongens en twee meisjes het levenslicht aanschouwen, respectievelijk Pauwel en Jan en de meisjes Trijntje en Eije. Zoon Jan wordt geboren op 22 aug. 1848 en is een opmerkelijk persoon. Jan is namelijk buitengewoon muzikaal en laat dat horen ook. Hij trekt langs kermissen en markten en zingt luidkeels bij het geluid van zijn muziekinstrument dat om zijn nek hangt. Ook is hij koopman en verkoopt hij vis (2). Nu is het algemeen bekend dat bijna elke Volendammer een muziektalent is, een uitstekende zanger, een beminde zangeres of een getalenteerde muzikant. Of dit nu door de vis komt is niet bekend, maar bij de Schuthofs is dit ook het geval. De vis heeft altijd een belangrijke rol in de familie gespeeld en zingen kunnen ze ook allemaal als de beste. Hoewel Jan erg veel van huis is, besteedt hij zijn tijd samen met Lammerdina Boerema, geb. op 5 maart 1850 (1) te Winschoten, goed. Hij evenaart bijna zijn grootvader en zet 3 jongens en 6 meisjes op moeders aarde, waarvan de broers Lambertus en Geert de bekendsten zijn. Van moeder Lammerdina weten we dat zij een stoere vrouw is geweest en de uitspraak: “Al wurde mien kinderen zo groot als de Winschoter toren, de boas in hoes blief ik”, is nog steeds in de familie bekend (2) .
Lambertus Schuthof
Lambertus wordt geboren op 4 september 1872 (1) te Winschoten. Hij staat smorgens om vijf uur op om te gaan werken in de steenfabriek en samen met zijn vader Jan, trekt hij er op uit om vis te gaan verkopen aan de rijke boeren. Als vader vervult Lambertus in zijn leven diverse ambachten en hij schijnt in elk daarin goed te slagen, zo niet uit te blinken. Zo is hij enige tijd rechercheur bij de politie in Amsterdam. Omdat Elisabeth daar niet kan aarden, keert hij terug naar Winschoten. Hij heeft ook bij de cavalerie gezeten, kan dus paarden africhten, heeft iets gedaan in de houthandel, maar komt uiteindelijk terecht in de petroleum. Hij begint als petroleumventer bij de “American Petroleum Company” (APC), de voorloper van het huidige Texaco. Dit doet hij zo goed dat hij depothouder wordt van de drie noordelijke provincies. Tegenwoordig zou je zo iemand directeur noemen. Lambertus is een charmante verschijning, een heer die zijn hoed afneemt in het voorbijgaan. Hij bezit een zwarte wandelstok met zilveren knop, maar laat zich niet voorstaan op zijn positie. Niet gehinderd door zijn maatschappelijke status mengt hij zich in alle mogelijke kringen. De successen van Lambertus als vader hebben ook een keerzijde. Als echte selfmade man vindt hij studeren maar flauwekul; compleet overbodig als je succesvol wilt worden. Hij heeft toch ook geen studie nodig gehad? “Diploma’s, daar kun je op zitten”, pleegt hij daarover te zeggen. Hij bedoelt daarmee dat sommigen door het halen van diploma’s denken dat ze meer of beter zijn dan anderen. Zijn zonen hebben van de aversie van hun vader tegen studeren veel last gehad. Dat geldt vooral voor de zeer begaafde Bertus, die later op eigen initiatief de schade inhaalt in het avondonderwijs. Qua ideologie wordt Lambertus aangemerkt als theosoof, maar hij is ook aanhanger van de Bellamybeweging, een utopisch-socialistische beweging.
De eerste vrouw van Lambertus, Elisabeth Schäfer. Zij komt uit een gezin van kermisreizigers. Haar vader is Christian Schäfer, muzikant, en haar moeder heet Elske Opdam. Het zijn arme, hardwerkende mensen die in woonwagens rondtrekken. Neef Sietze verft zichzelf zwart, komt zogenaamd uit de binnenlanden van Afrika en "vreet glas", wat echter kandij blijkt te zijn. Het verschil zien de dronken boeren op zo'n plattelandskermis toch niet. Totdat zijn rieten rokje in brand vliegt en Sietze in het Winschoter Daip duikt en er wit weer uit komt. De boeren voelen zich bedrogen en Sietze gaat er als een haas vandoor (2) . Elisabeth is een lieve vrouw. Met de normen van deze tijd zou je misschien zeggen dat het echtpaar Lambertus en Elisabeth geen vijf kinderen hadden moeten nemen. De belasting van zo'n groot gezin moet groot geweest zijn. Elisabeth lijdt aan pernicieuze anemie, een vorm van bloedarmoede die zichzelf versterkt. Ze kwijnt langzaamaan weg. De kinderen zijn daar erg van onder de indruk. Vader is weliswaar een sociaal bewogen man, gaat uit spreken voor de geheelonthouding, maar die bewogenheid geldt eigenlijk niet voor zijn eigen gezin. Het dienstmeisje dat na de dood van Elisabeth de verzorging op zich neemt, brengt er niet veel van terecht. Dagenlang wordt gegeten van dezelfde erwtensoep, die steeds verder wordt aangelengd met water. De sterfdag van Elisabeth wordt elk jaar herdacht. Lambertus hertrouwt met Jantje Kreger, uit welk huwelijk Jannie Schuthof wordt geboren. Jantje brengt het gezinsleven weer op orde en neemt uit een eerder huwelijk haar zoontje Anco Vliestra (geboren 1910) mee in het gezin. Na de dood van Jantje wordt Lambertus door dochter Jannie 'gekoppeld' aan Grietje Kreger, nicht van Jantje. Grietje, de oude vrijster, is trots om alsnog aan de man te komen. Voor de eigenzinnige Lambertus, die niet alleen kan wonen, is dit derde huwelijk het alles overziend de beste oplossing. In 1948 treden ze in het huwelijk. Lambertus heeft met Elizabeth Schäfer 5 kinderen. (3).
|
Het zijn de broers Jan, Chris en Bertus en de dochters Elly en Jannie. Jan wordt geboren op 16 dec. 1898 en huwt op 11 mrt 1920 Pietertje van der Laan die wordt geboren op 9 mei 1900 in Oude Pekela. Als Jan zijn vader vertelt dat hij niet van plan is om in zijn vaders voetsporen in de petroleum te gaan, moet zijn vader razend zijn geweest. Zijn plan om een vishandel te beginnen in Hoogeveen, kan volgens zijn vader niets worden. Toch wordt die vishandel een groot succes. Echtgenote Pietertje is eigenlijk de eerste die er een soort snackbar van weet te maken. Ze nodigt de klanten uit om de vis ter plekke op te eten, zet er tafeltjes en stoelen bij en houdt alles netjes. De resultaten blijvenniet uit. Ook deze Jan is muzikaal, houdt van cabaret en zingen, maar beslist niet van diepzinnige onderwerpen. Zoon Chris wordt geboren op 10 apr. 1904 in Winschoten. Hij gaat na de dood van zijn moeder Elizabeth de zee op en wordt later bakker in de stad Groningen aan de Westerhaven. Hij moet brood rondbrengen, maar vergeet de tijd omdat hij graag een praatje houdt. Een foto van hem op zijn bakkersfiets is nog altijd te vinden op alle draagtassen, papieren zakken en op andere spullen van de zaak van zijn kleinzoon Chris, die eveneens bakker is geworden, op Schiermonnikoog. De bakkkerij bestaat nog steeds. Chris trouwt op 2 april 1907 met Maria Christina Weessies te Groningen. Ze krijgen vier kinderen, Elisabeth, Jozua (Joop), Lamberta Christina en Christiaan Maria.
DE MILJOENEN VAN DE SCHUTHOFS
Er zijn moorden om gepleegd en er zijn mensen voor in de
gevangenis gekomen. Zo'n 3.000 advocaten hebben volgens de verhalen samen wel
10 miljoen dollar verdiend aan alle rechtszaken. Maar er valt dan ook een
bedrag van maar liefst $ 17.000.000 te erven. In het begin van de vorige eeuw
is dat ontzettend veel geld en met rente-aangroei over al die jaren nog steeds
een aanzienlijke som! Waar is het geld gebleven? Het zit ongeveer zo. Het is
113 jaar geleden, in 1895, als er in Philadelphia, VS de multimiljonair Walter
Garrett sterft. De man heeft een vermogen verdiend met snuiftabak, in die tijd
een veel gebruikt genotsmiddel. Sterker nog: het merk W.E. Garrett & Sons
Scotch Snuff is het op zes na oudste handelsmerk in de VS en het is nog steeds
in gebruik. Op latere leeftijd ontmoet deze Walter de vrouw van zijn dromen:
Henriette Schäfer, dochter van de Duitse emigrant Christian Schäfer. Vooral
Henriette's varkensvlees met zuurkool valt bij Walter in goede aarde. Walter is
41 jaar oud en Henriette is 24. Uit de verhalen blijkt, dat zij een gelukkig,
maar kinderloos huwelijk hebben gekend. Henriette is wel een beetje introvert
en na Walter's dood leidt zij een teruggetrokken bestaan. Walter heeft zijn
eigen familie onterfd en dringt er in zijn testament op aan dat Henriette het
geld niet zal laten toekomen aan "profiteurs en nietsnutten". In 1930
komt ook aan het leven van Henriette een einde. Niemand kan echter een testament
vinden! Waarschijnlijk is Henriëtte dit gewoon vergeten, hoewel haar graf zeven
jaar later nog eens is opengemaakt, om te zien of zij haar testament misschien
heeft meegenomen naar haar laatste rustplaats...
Inmiddels is namelijk een felle strijd losgebrand
om de nalatenschap van de bewuste 17 mln dollar. Maar liefst 26.000, al dan
niet vermeende erfgenamen, uit 29 landen, hebben zich gemeld bij de rechtbank
in Philadelphia, die een speciaal onderzoeksbureau in het leven roept om de
zaak haarfijn uit te zoeken. De rechtszaak gaat maar liefst 20 jaar duren. In
1951 volgt eindelijk de uitspraak. Er worden drie personen aangewezen als
erfgenamen, namelijk twee neven van Henriette's moederskant en een neef van
vaderskant: Johann Peter Christian Schäfer uit Bad Nauheim in Duitsland. Deze
Johann heeft zijn nicht weliswaar nooit ontmoet, maar behoort wel vanaf 1934
tot het legioen gegadigden. Ook de Europese kranten hebben er immers bol van
gestaan. De beide neven van moederskant strijken ieder tussen de twee en drie
miljoen dollar op.
Johann Schäfer vist
echter achter het net. Niet zozeer omdat hij inmiddels is overleden - want zijn
aandee
l wordt alsnog geclaimd
door 37 Duitse erfgenamen van hem - maar omdat de Verenigde Staten zijn aandeel
confisceren als oorlogsbuit. Schäfer is immers een Duitser. En daarmee, plus
nog wat belasting-inningen, is de kous af, is de strijd voorbij, maar daarmee
nog niet de dromen. Want nog voordat de rechter in 1951 uitspraak heeft gedaan,
heeft zich de Zwolse Jette Opdam-Schäfer gevoegd in het rijtje van 26.000
erfgenamen. Haar claim is gebaseerd op de stelling, dat haar vader een volle
neef zou zijn van Henriette Garrett-Schäfer. Zoals bij wel meer
aanspraak-makers, is het bewijs van deze verwantschap moeilijk aan te tonen, onder
andere omdat veel Duitse archieven uit vroeger tijden tijdens de Napoleontische
oorlogen zijn vernield. Jette laat zich er niet door ontmoedigen en
correspondeert in de jaren 1946 tot 1953 met verschillende instanties om de
verwantschap boven water te krijgen. Niets helpt, hoewel zij in enkele
goedgelovige Nederlandse kranten al wordt aangeduid als de
"dollarprinses".
Wat heeft de familie Schuthof nu met dit
verhaal te maken? Welnu, Jette Schäfer is een zus van Elisabeth en Catharina
Schäfer (geb. 29 jan. 1878, overl. 15 mei 1929). De aandachtige lezer heeft
inmiddels begrepen dat deze dames getrouwd zijn met respectievelijk Lambertus
Schuthof (1872) en Geert Schuthof (7 febr. 1877). De laatste is de grootvader
van onze Geertje Schuthof (van Bruno) uit Finsterwolde. En mócht het zo zijn,
dat de verwantschap tussen de Amerikaanse Henriette en de Nederlandse zusjes
Schäfer alsnog kan worden aangetoond, dan zal er voor alle verwanten en nazaten
een mooi bedrag te verdelen zijn. Het is bekend dat de Schuthof-familie nog
heeft geïnvesteerd om het geld te achterhalen, maar de enige die er beter van
is geworden is grootvader Geert (geb. 1877) geweest. Helaas wordt deze Geert
geplaagd door een stevig drankgebruik. Zijn schoonzus Elisabeth, de zus van
Catharina en zoals gemeld getrouwd met Geerts broer Lambertus, doet vaak boodschappen voor
het gezin van Geert. Ze laat deze dan meestal achter in het schuurtje omdat ze niet
verder durft
Dit speelt zich namelijk af in de tijd dat armoede en sociale problemen groot zijn
en alcohol is daarbij de enige remedie. Wie in die tijd niet áán de drank is,
is er tégen zoals Geerts broer Lambertus die geheelonthouder is. Geert
echter, gaat zich geregeld te buiten aan de drank en hij verkoopt al snel zijn
"aandeel" in de Schäfer-erfenis voor twee flessen jenever. Niet
bekend is, wie er uiteindelijk de grootste kater aan heeft over gehouden.....
Teleurgesteld? Ach, er valt altijd nog een gokje te wagen. Een
Amerikaans boek, dat in 1965 over The
Garrett Snuff Fortune wordt uitgegeven, wordt op internet-veilingen
voor honderden en zelfs duizend dollars aangeboden. Kennelijk zijn er nog
steeds "erfgenamen" over de hele wereld, die er veel geld voor over
hebben om zich goed in te lezen. Want je weet het immers maar nooit
..
(4)
.
De bakkerij van de Schuthofs
De Schuthofs zijn alom bekend. Zo
beschikken ze ook over eigen websites,www.schuthof.nl en www.schuthof.net en op
Schiermonnikoog begroeten ze bevolking en vakantiegangers elke dag met de geur
van vers brood.Welkom op deze broodnuchtere
site van de enige warme bakker die het mooie waddeneiland Schiermonnikoog nog rijk
is, zo schrijven ze op www.bakkerijschuthof.nl. En verder: Op het mooiste plekje
van Nederland, in een van de oudste streeken
(= straat) van het dorp vindt u namelijk de enige ambachtelijke warme bakker
genaamd "Bakkerïj Schuthof".
Bakkerij Schuthof is bekend van o.a. strandkoeken en friese duumkes, die ook al door zijn voorgangers
bakker Klontje en in vroeger tijden bakker Abma, werden gemaakt. Deze
lekkernijen zijn tot ver in de wijde omtrek bekend en geliefd en op verzoek
kunnen ze ook worden verstuurd buiten het eiland. Verder hebben ze een
uitgebreid assortiment aan brood en banket dat dagelijks vers wordt gebakken
hun onze moderne ovens. Dit deel
van de site wordt afgesloten met: Uw
bezoek aan Schiermonnikoog is pas compleet na een bezoekje aan onze winkel!
(5)
.
Uiteraard heeft de winkel ook specialiteiten die je alleen op dit eiland vindt. Toeristen nemen als souvenir graag de originele Schiermonnikoger strandkoeken mee.“Mensen komen er speciaal voor naar ons toe. Ze zijn nergens anders te krijgen. Een strandkoek is een soort oudewijvenkoek met anijs en koekkruiden, ter grootte van een gevulde koek. “'t Is lekker om mee te nemen naar 't strand, vandaar de naam”, verklaart Schuthof op de nuchtere eilander manier. Op 5 januari 2007 staat het volgende artikel in de Leeuwardercourant: “De bakkers van Schiermonnikoog kunnen zich niet meer onbespied wanen. Sinds kort weten ze een camera op zich gericht, die continue hun bewegingen registreert. De klanten van bakkerij Schuthof kunnen met eigen ogen zien hoe het deeg wordt gekneed. In dewinkel aan de Middenstreek staat een groot tv-scherm, waarop de bakkersverrichtingen te volgen zijn. Ongegeneerd in de neus peuteren is er dus niet meer bij, al deden de bakkers dat natuurlijk ook nooit. Het gebrek aan privacy went evenwel snel.,,Op de eerste dag moest ik steeds aan die camera denken'', vertelt medewerker Bart Flikkema. ,,Maar nu sta ik er al helemaal niet meer bij stil.'' Wat er zoal te zien is? ,,Nou ja, er gebeurt hier van alles. We maken kantkoek, gevulde koeken, maar we bakken ook brood en dat heeft wel zijn tijd nodig. Meestal zijn we achter elkaar bezig.'' (5) Nu de toeristenstroom danig is uitgedund, is de werkdruk wel iets minder. ,,Op een zomerdag zijn we de hele dag bezig'', aldus bakker Flikkema. ,,Dan beginnen we 's ochtends al om een uur. Tegenwoordig starten we om vier uur.'' De wachttijden voor de toonbank kunnen in de zomer wel tot een half uur uitlopen en dan biedt de tv mooi wat afwisseling. Toch komt het ook voor dat de wachtenden alleen een lege bakkerij te zien krijgen, want de boog kan niet altijd gespannen blijven. De beelden van 's ochtends vroeg worden daarom opgenomen en later op de dag vertoond. ,,Best aardig'', vindt Flikkema. Bovendien wil hij in de kleine uurtjes ook graag bespied worden. Jaap Hellinga”(Bron: Leeuwardercourant en www.bakkerijschuthof.nl) (4).
NAAMSVERSPREIDING
Bij de naamsverspreiding van de Schuthofs zien we dat we het bovenstaande verhaal in het onderstaande beeld duidelijk terugzien. Hetverspreidingsgebied is het dichtst rond Winschoten, Groningen en Amsterdam, daar waar de voorouders hun roots hebben gezet. Hoe het met de verspreiding zit in Duitsland zit, waar deze tak van de Schuthofs eigenlijk vandaan komt, is mij onbekend gebleven.
Bibliografie
1. Koens, Rolf en Christiaan. Die Familien der Kirchengemeinde Wymeer, 1713-1900. Druckausgabe 3 (2008).
Westerstede : Herausgegeben im Eigenverlag, 2004.
2. Schuthof, Pia. De familie Schuthof. Wereldwijd (1786
- heden). [Online] [Citaat van: 15 dec 2008.]
3. Vries, Geertje Hillinga - De. Familieverhalen. 2007-2008.
4. Hoe zat het nou met die miljoenen erfenis? De familie Schuthof. [Online]
1997. [Citaat van: 1-22 dec 2008.] Email: mailto:sintwalburg@softhome.net.
www.schuthofs.net.
5. Schuthof, M.J. Wie zijn wij. Grote sortering brood, koek en
banket uit eigen bakkerij. [Online] 2006. [Citaat van: 21 dec 2008.]
www.bakkerijschuthof.nl.
6. Regionaal Historisch Centrum, Groninger Archieven. Doop-, trouw- en
begraafboeken. Kerkeboeken en registers. GVA, Cascadeplein 4, 9726 AD
Groningen. Tel. 050-5992000..
Voor de
liefhebbers onder ons is er hier het vrijwel complete dossier over de miljoenen van de Schuthofs te lezen
en/of te downloaden. Het is één groot bestand in PDF formaat van 36 bladzijden
en voor iedereen beschikbaar. Het dossier omvat onder meer de correspondentie
met een advocaat in Philadelphia (VS), met kerkelijke autoriteiten in Duitsland
en enkele krantenberichten over deze kwestie.
Naverteld door Harm Hillinga, 24 december 2008
Aanvullingen en correcties worden op prijs
gesteld.
|